5 uitdagingen voor creditmanagers in 2014
Wie ervoor moet zorgen dat ondernemingen hun tegoeden vlot kunnen innen, smeert zijn kuiten best in. 2014 wordt opnieuw een uitdagend jaar. Wat staat er u als creditmanager te wachten dit jaar? Uw 5 uitdagingen zijn de volgende:
1. Faillissementen blijven pieken
Een van de grote bezorgdheden voor u als creditmanager blijft het onvermogen van heel wat klanten om hun financiële verplichtingen na te komen. Behoorlijk wat particulieren en bedrijven zitten in een benarde situatie.
De piek in het aantal faillissementen is veelzeggend. In 2013 gingen 12.306 Belgische bedrijven over de kop, het hoogste aantal ooit. 1 op de 80 actieve ondernemingen overleefde het jaar niet.Het is afwachten of 2014 eindelijk beter wordt. De economische indicatoren mogen dan wel beter weer aankondigen, het aantrekken van de activiteiten zal pas op iets langere termijn invloed hebben. Vandaag krijgen we nog de weerslag van de ondernemingen die de voorbije crisisjaren in de problemen zijn gekomen. Voor hen komt de eventuele heropleving van de economie te laat. Het aantal faillissementen is dan ook laat cyclisch.
Bovendien werden de voorbije jaren heel wat ondernemingen opgericht om aan de werkloosheid te ontsnappen. Zij zijn onder gekapitaliseerd en weinig onderbouwd. Omdat dergelijke bedrijven vaak geen lang leven beschoren zijn, mogen we ook hier nog uitval verwachten. Een nauwgezette controle en opvolging van de kredietwaardigheid van uw klanten blijft dan ook aangewezen.
2. Schuldenaar wordt sneller beschermd
Steeds meer bedrijven in moeilijkheden zoeken hun heil bij de ‘Wet op de Continuïteit van Ondernemingen’. Die biedt hen bij betalingsmoeilijkheden bescherming tegen schuldeisers. De wet werd nog aangepast in 2013. De rechtbanken worden nu sneller over achterstanden ingelicht door de RSZ en de fiscus. Zo kunnen bedrijven vlugger onder de beschermingsregeling geplaatst worden. De bedoeling is de overlevingskansen voor de betrokken firma’s te verhogen. Maar intussen blijft de schuldeiser wel op zijn centen wachten.
3. Nieuwe wet op betalingsuitstel
2014 wordt daarnaast ook het eerste volledige jaar waarin de aangepaste wet op het betalingsuitstel van toepassing is. Overheden moeten hun kleinere aankopen nu binnen de 30 dagen betalen, tenzij ze dit contractueel anders hebben bedongen. In dat geval mag de termijn hoogstens 60 kalenderdagen belopen. De regeling geldt ook voor betalingen tussen bedrijven onderling, al kunnen die ervan afwijken in bepaalde situaties en onder strikte voorwaarden.
4. Versoepeling voor gerechtelijke invordering
Intussen sleutelt de regering wel aan een betere invordering van achterstallige betalingen via gerechtelijke weg. Eind december 2013 keurde ze een wetsontwerp goed waarmee de summiere rechtspleging wordt hervormd. Tot nog toe kon die procedure alleen voor bedragen tot 1.860 euro. Dit bedrag wordt voor achterstallige consumenten opgetrokken tot 2.500 euro. Voor achterstallige bedrijfsklanten wordt het plafond zelfs afgeschaft. Er is ook geen tussenkomst van een advocaat meer nodig.
5. Strengere eisen voor domiciliëringen
Maar ook de schuldeisers zelf kunnen iets doen aan de betere inning van hun vorderingen. Zo moeten ze ervoor zorgen dat hun facturen in orde zijn. Anders kunnen ze niet altijd in het computersysteem van de klant worden opgenomen. En daardoor gaat kostbare tijd verloren.
Hetzelfde geldt voor de invorderingen via domiciliëring, zeker als ze worden gedaan volgens de regels van de Europese betaalruimte SEPA. De opstart ervan mag dan uitgesteld zijn tot 1 augustus 2014, vanaf dan moet er bij opvragingen meer informatie worden meegegeven dan vandaag. Nu volstaan een domiciliëringsnummer en een bedrag. Straks komt daar onder meer bij of het al dan niet om een eerste opvraging gaat.
